Traditioneel bouwen gaat ongeveer zo: We halen grondstoffen uit de aarde, verwerken ze tot materialen, bouwen er iets mee, en als een gebouw eenmaal zijn functie verliest, wordt het vervolgens gesloopt. De brokstukken verdwijnen op de afvalberg en de cyclus begint opnieuw. Dit lineaire model – take, make, waste – is simpelweg onhoudbaar op een planeet waar grondstoffen steeds schaarser aan het worden zijn en bouwafval een groeiend probleem is voor mens en natuur. Vastgoedontwikkeling wordt duurzamer en daarvoor worden verschillende bouwcriteria gehanteerd. Cradle to Cradle (C2C) is er zo eentje, en biedt een radicale herziening van het traditionele bouwsysteem. In plaats van vastgoed te zien als een eindproduct dat op termijn wordt afgeschreven, ontwerpen we het als een circulair systeem waarin materialen en grondstoffen oneindig herbruikbaar zijn.
Materialen met een tweede, derde en vierde leven
In een Cradle to Cradle-model bouwen we niet langer eindproducten met een vaste levensduur, maar verzamelingen van herbruikbare materialen die, wanneer nodig, een nieuwe functie kunnen krijgen. Zo worden materialen vanaf de ontwerpfase geselecteerd op hergebruik. Geen giftige stoffen, geen materialen die bij sloop nutteloos worden, maar bouwcomponenten die losmaakbaar, aanpasbaar en herbruikbaar zijn. En dat gebeurt op tal van verschillende manieren, zoals:
- Modulaire gevelsystemen die gemakkelijk gedemonteerd en opnieuw gebruikt kunnen worden, in plaats van naar de afvalhoop te gaan.
- Circulair beton wordt ontwikkeld zonder cement, zodat het eenvoudig hergebruikt kan worden.
- Biobased isolatiematerialen, zoals vlas of mycelium (schimmelstructuren), zijn composteerbaar en keren terug naar de natuurlijke kringloop.
In de praktijk betekent dit weinig tot geen afval, minder of geen waardeverlies, en een zeer degelijke verlaging van de milieubelasting.
Lagere kosten, langere levensduur
Circulair bouwen wordt vaak ten onrechte bestempeld als een dure aangelegenheid. Dat beeld is ietwat onvolledig, want als je alleen naar de initiële kosten zou kijken, dan zou je het grotere plaatje missen.
Een gebouw dat volgens Cradle to Cradle-principes is ontworpen, levert op de lange termijn juist grove besparingen op. Dit is niet alleen omdat deze cradle-aanpak efficiëntere omgang met grondstoffen centraal stelt, maar ook omdat het onderhoudsvriendelijker en flexibeler is.
Daarnaast worden circulaire gebouwen steeds aantrekkelijker voor investeerders en huurders. Met de strengere duurzaamheidsnormen en ESG-criteria groeit immers de vraag naar vastgoed dat niet alleen energiezuinig is, maar bovenal ook toekomstbestendig.
De toekomst van vastgoed is circulair
Kortom, Cradle to Cradle is een fundamentele verschuiving in de manier waarop we bedrijfsvastgoed ontwikkelen, nu en in de toekomst. Met regelgeving zoals de EU Green Deal, BREEAM-certificeringen en strengere milieueisen wordt circulair bouwen steeds breder uitgerold, want vastgoed dat niet inspeelt op deze ontwikkelingen, verliest mogelijk waarde en wordt een financiële last.
Wie nu investeert in circulair, flexibel en toekomstbestendig, loopt voorop in duurzaamheid en bouwt aan een financieel gezonde portefeuille. Flexibel, duurzaam en optimaal inzetbaar voor verschillende gebruikersscenario’s. Meer weten? Ga naar de website van VWLD voor duurzaam renderende (logistieke) vastgoedontwikkelingen.